Andere apparaatinstellingen
Selecteer dit instellingsitem via Apparaatinstellingen (Printer settings) in (Installatie).
-
Geluidsregeling (Sound control)
Hiermee selecteert u het volume.
-
Toetsvolume (Keypad volume)
Hiermee selecteert u het volume van de pieptoon die wordt weergegeven wanneer u op het aanraakscherm of de knoppen op het bedieningspaneel drukt.
-
Alarmvolume (Alarm volume)
Hiermee selecteert u het alarmvolume.
-
-
Energiebesparingsinstellingen (Energy saving settings)
Hiermee kunt u de printer automatisch in-/uitschakelen om elektriciteit te besparen.
-
Automatisch uit (Auto power off)
Bepaalt hoe lang het duurt voordat de printer automatisch wordt uitgeschakeld als er geen handeling wordt verricht of als er geen afdrukgegevens naar de printer worden gestuurd.
-
Automatisch aan (Auto power on)
Als u AAN (ON) selecteert, kan de printer automatisch worden ingeschakeld wanneer een scanopdracht van een computer of afdrukgegevens naar de printer worden gestuurd.
-
-
Herinnering over doc.verwijderen (Original removal reminder)
Selecteer of de printer het herinneringsscherm moet weergeven voor het geval u vergeet om na het scannen het origineel van de plaat te verwijderen.
Belangrijk
-
Afhankelijk van het type origineel of de stand van de documentklep wordt vergeten om het origineel te verwijderen mogelijk niet gedetecteerd.
-
-
Instellingen voor Wi-Fi-koppeling (Wi-Fi pairing settings)
Als u verbinding wilt maken met Canon PRINT, moet u meerdere instellingen uitvoeren.
-
Koppeling in-/uitschakelen (Enable/disable pairing)
Stel de Wi-Fi-koppelfunctie van de printer in op in- of uitschakelen.
-
Extra koppeling toestaan/blokk. (Allow/block additional pairing)
Via een andere functie kunt u koppeling met Canon PRINT toestaan of weigeren.
-
Gekoppelde apparaten verwijder. (Delete paired devices)
Alle Canon PRINT-koppelingen annuleren.
-
-
Toetsenbordinstellingen (Keyboard settings)
Selecteer de toetsenbordindeling uit de volgende drie typen.
-
QWERTY
-
QWERTZ
-
AZERTY
-
-
Meldingsinstellingen (Notification settings)
Alle meldingsschermen worden niet weergegeven als u UIT (OFF) selecteert.
-
Instellingen statuslampje (Status light settings)
-
Helderheidsinstellingen (Brightness settings)
Selecteer de helderheid van het statuslampje.
-
Kleurinstellingen (Color settings)
Selecteer de kleur van het statuslampje.
-